Buitje


Bij droogte ben ik onvoorzien. Voor wie niet beter weet bied ik geen merkbaar teken of geluid, noch geurtje, blijf ik gehuld in blaadjes, in vertrouwen en geniep. Maar komt de regen met zijn woeste waterval, dan blaas ik mij tot driemaal op. Dan krijs ik schriktint. Dan vul ik rug en buik en oog als fietsende poliep.